De gaper werd vanaf in ieder geval de late zestiende eeuw in grotere steden als uithangteken gebruikt. In deze periode werd aan een huis nog geen nummer toegekend en diende een uithangteken als herkenbaar punt in het straatbeeld. Een huis werd bv aangeduid als āin de oranjeboomā, āin de aapā, of āwaar de gaper uithangtā. Door het uithangteken wist je waar het huis was waar je moest zijn. Bron: https://www.nationaalfarmaceutischmuseum.nl/artikelen/het-achterste-van-de-tong
Tekst uit het ‘boekje’over Gaper nr. 24.
De meeste Gapers die in vroeger eeuwen de gevels van drogisterijen en apotheken sierden waren uit hout gebeeldhouwd. Een uitzondering daarop is het origineel van deze gaper # 24 die uit aardewerk werd vervaardigd. (de derde foto de man met zwart haar en baard) De meeste ander Gapers van aardewerk zijn door breuk of de tand des tijds helaas voor altijd verloren geraakt. Hoogstwaarschijnlijk heeft de drogist of apotheker die opdracht gaf voor dit beeld hiervoor zelf model gestaan. Oorspronkelijk komt deze Gaper uit Wageningen en is te zien in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen.