De uitdrukking horen, zien en zwijgen komt van oorsprong uit de leer van de wijsgeer Confucius, die leefde van 551 tot 479 voor Christus in China. Hij zegt tegen zijn leerlingen: “Kijk niet naar, luister niet naar, spreek niet uit en richt je niet op wat in strijd is met welgemanierdheid.
De drie apen heten in Japan Mizaru, met zijn handen voor zijn ogen (ziet geen kwaad), Kikazaru, met zijn handen op zijn oren (hoort geen kwaad) en Iwazaru, met zijn handen voor zijn mond (spreekt geen kwaad). Soms wordt er een vierde aap afgebeeld: deze wordt Sezaru genoemd en beeldt ‘doet geen kwaad’ uit. Hij heeft zijn handen op zijn buik, over zijn genitaliën of gekruist.
In de Nederlandse taal heeft de uitdrukking ook nog een andere betekenis gekregen, namelijk die van: wat je ook hoort of ziet, je houdt je mond erover. (Bron: Wikipedia)